Prikkels

Rond prikkels en dementie bestaan veel misverstanden. Het klopt dat van teveel geluiden en drukte sommige mensen met dementie ontregeld kunnen worden. In dat geval is sprake van overprikkeling.

Wat minder bekend is, is dat onderprikkeling een zeker zo groot probleem is bij dementie. Oftewel dat mensen met dementie te weinig prikkels krijgen. Bij ernstige onderprikkeling gaan mensen met dementie vaak zelf prikkels creëren, bijvoorbeeld roepen, veelvuldig repeterende vragen of ergens op tikken. Als dit gedrag zich voordoet, ga dan na of onderprikkeling aan de orde kan zijn. De casemanager of een psycholoog kunnen hierbij helpen. 

Het beste is natuurlijk om zowel over- als onderprikkeling te vermijden. Er ergens tussenin te gaan zitten. Maatwerk per persoon.

Net als iedereen hebben mensen met dementie goede en slechte dagen. Of zijn zij op bepaalde momenten van de dag prikkelgevoeliger dan op andere momenten. Heb hier als begeleider oog voor.

Realiseer je goed, dat mensen met dementie - net als iedereen - prikkels nodig hebben om tot actie te komen en te kunnen functioneren. Zeker ook omdat faalangst en intiatiefloosheid vaak aan de orde zijn.